Oprichter Gijs Hardeman over tien jaar Hockey Dreams Foundation [1/3]
[Click here to read the interview in English]

Het begint voor Gijs Hardeman als hij voor Dagblad Spits! verslag doet van de Oranje-Trophy, een supporterskaravaan van oranje auto’s die naar Zuid-Afrika reist voor het WK voetbal. Daar raakt hij verknocht aan Afrika, werkt het jaar erop voor de KNHB in Zambia en richt in 2012 Hockey Dreams Foundation op. Zijn missie? Afrikaanse jongeren een betere toekomst bieden door middel van sport. In deel 1 van het drieluik ‘Tien jaar Hockey Dreams’ vertelt Gijs Hardeman over hoe zijn missie er tien jaar later uitziet.

Hardeman: “Na het werk in Zambia dacht ik vanuit mijn sportmanagement-achtergrond: ‘En nu? Als ik hier weg ga, dan stort dat wat ik opgebouwd heb in.’ De jongens en meiden die ik in Zambia heb opgeleid zijn jongeren uit de sloppenwijken. Als zij een betaalde baan bij een tankstation of supermarkt kunnen krijgen, zijn ze weg. En ik wilde juist continuïteit waarborgen. Er was destijds dus wel subsidie vanuit Nederland om daar kennis naar toe te sturen, om mensen op te leiden. Maar als er geen doorstroming zou komen van fondsen of materialen, dan zouden mijn inspanningen voor de KNHB iets eenmalig worden. En dat wilde ik niet. 

Stevig fundament

De grote vraag werd dus: ‘Hoe kunnen we een stevig fundament bouwen?’ En daarmee rees ook de vraag: hoe willen we als organisatie in het leven staan? We zijn niet zozeer bezig met de hockeytraining van morgen, maar meer met hoe de trainer gaat nadenken over zijn rol en zijn training van morgen.

Hier in Nederland richtte ik Hockey Dreams Foundation op – toen nog onder de naam Kadish Foundation. Een fondsenwervende organisatie. Plat gezegd: er moest geld binnen komen. Coaches konden we zo een studiebeurs gaan aanbieden, zodat ze een gedegen diploma behalen bij een reguliere onderwijsorganisatie. In ruil hiervoor gaven zij training aan kinderen uit hun wijk. Het was dus niet zo maar een donatie aan de coaches. Hun “terugbetaling” is in de vorm van plezier, spel en toekomstperspectief voor de kinderen die deelnemen aan hun trainingen. Deze – vaak ongeschoolde – kinderen leren op deze manier samen te spelen, om rolmodellen te vinden en op een gegeven moment misschien zelfs wel te denken: ‘Ik wil ook zo’n coach worden’. 

Hockeygemeenschap

Lange tijd worstelde ik met de vraag vanuit het publiek: ‘Wat hebben die mensen in Afrika nou met hockey?’ Ik legde dan uit dat het in onze visie ging om onderwijs. Toch bleef telkens weer de vraag ‘Maar waarom dan hockey?’ terugkomen. Terwijl de keuze voor hockey voor mij heel logisch was. Ik ben zelf een hockeyer, zag veel van de wereld door hockey en heb in Zambia coaches mogen opleiden in opdracht van de Nederlandse Hockey Bond.

Ook bij coaches was onze insteek niet direct helder. Het was ook anders dan mijn activiteiten eerst, anders dan het opleiden van hockeycoaches. Hockey Dreams maakt het mogelijk dat zoveel mogelijk coaches hun opleiding afronden. En dat daar vervolgens zoveel mogelijk kinderen van profiteren. Sportieve successen als bijeffect van een groeiende en steeds beter wordende hockeygemeenschap, natuurlijk een grote wens van de coaches, zijn alleen maar mooi. Maar daar zijn zij zelf verantwoordelijk voor, niet wij.

Veranderende visie

Ooit droomde ik van een stichting die in tien jaar tijd in tien landen tien coaches zou opleiden. Daarmee zouden we tienduizenden kinderen bereiken. Het najagen van getallen werd snel minder belangrijk. Inmiddels faciliteert Hockey Dreams een talentprogramma voor de coaches: een studiebeurs, maar ook een traject op en rond het hockeyveld. Door verantwoordelijkheid voor diverse aspecten van sportmanagement ontwikkelen coaches zich.

De gedachte achter deze aanpak is dat we onze coaches het vertrouwen en de handvatten geven om overal werk te kunnen vinden, en dat ze ervaren dat zij een verschil maken in hun gemeenschap. Ik hoop dat we ze stimuleren na te denken over hun eigen onafhankelijkheid. Een paar jongens en meiden hebben via Hockey Dreams een heel goede baan hebben kunnen vinden; op een privéschool als gymleraar en bij een agrarische organisatie in de administratie en onderhoud.

Trots

Dag en nacht was ik met de Hockey Dreams missie bezig. Twee jaar geleden was mijn mindspace ineens op. Ik had geen ruimte meer om creatief te zijn in mijn andere – betaalde – werkzaamheden. Hockey Dreams stond toch vaak op de eerste plek en daarna kwam de rest pas. Dat is dus niet duurzaam. Want dát wat je wil uitdragen, kan je zelf niet meer waarmaken. Gelukkig kon ik het stokje overdragen aan mensen die er vol energie verder mee konden gaan.

Ik ben er ontzettend trots op dat we zo groot zijn geworden. Ik heb altijd gezegd dat we onszelf moeten ontwikkelen tot een professionele, duurzame en overdraagbare organisatie met een redelijk gezonde doorstroming van inkomsten. Dat is gelukt.

Toch stellen we onszelf elk jaar de vraag of en hoe we door moeten gaan. Ik denk dat het heel goed is om je dat af te vragen. Er gaat namelijk ongelofelijk veel tijd zitten in al die werkzaamheden, die als uiteindelijk doel hebben om donaties te laten binnenkomen om impact te maken. Wij willen ons verhaal vertellen, en we merken dat dat nog steeds tot iets goeds leidt.

Toekomstdromen

Ik hoop ook dat de coaches die wij nu opleiden op een gegeven moment zelf genoeg geld verdienen met hun werk, in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien en dat ze daarnaast vrijwillig actief blijven in de sport. Ik hoop dat zij op een gegeven moment – als ze wat ouder zijn en binnen hun gemeenschap een bepaalde positie hebben bereikt – zeggen: ‘Ik ga hier nu mijn eigen Hockey Dreams beginnen’. Dan bereiken we de continuïteit en het eigenaarschap waar ik op hoop.

Dat zit in het DNA van Hockey Dreams, intrinsieke motivatie en teamwork-spirit. Ik hoop dat die ook in hun lokale organisaties komt. Dat het Hockey Dreams DNA doorsijpelt in de sport en dat een heleboel mensen daar maatschappelijk voordeel aan hebben. Dan is de cirkel rond.”


Lees ook

[2/3]: Uitdagingen en kansen

“Iedereen die naar Afrika toe gaat, gaat er naïef naartoe. Ik heb wel geprobeerd om me voor te bereiden, maar ik heb me op een aantal dingen helemaal kapot gelopen. De culturele verschillen zijn nou eenmaal groot.”

[3/3]: Toekomstdromen

“We hebben altijd tegen onze coaches gezegd: je bent hier omdat je hier wil zijn. Je bent hier niet alleen om de studie te kunnen doen of om er zelf beter van te worden. Je moet een intrinsieke motivatie hebben om onderdeel te zijn van deze groep hockeycoaches en van de organisatie.”